
De gemeente Brummen ligt in het hart van de provincie Gelderland, tussen de Veluwe en de rivier de IJssel. De totale oppervlakte is 8.500 hectare en er wonen ruim 21.000 mensen. In het westen vindt men de uitgestrekte bossen en heidevelden van de Veluwe en in het oosten het prachtige uiterwaardengebied en rivierenlandschap van de IJssel. Verder wordt de gemeente ‘doorsneden’ door het Apeldoorn-Dierenskanaal De gemeente bestaat uit twee woonkernen: Brummen en Eerbeek en een aantal dorpen/buurtschappen: Empe, Hall, Leuvenheim, Oeken, Tonden, Voorstonden, Cortenoever en Broek.
RELATIE SHANTYKOOR “DE IJSSELBOEI” EN HET WATER

Al tijdens de Merovingische tijd in de zevende eeuw was de IJssel al een belangrijke vaarweg op de kruising van een aantal handelswegen van de lage landen aan de zee, naar het Duitse achterland.
Tussen Brummen en Bronkhorst wordt door een pontveer de verbinding onderhouden tussen Veluwe en Achterhoek. Ook het in 1866 gegraven kanaal tussen Hattem en Dieren mondde zowel bij Hattem als bij Dieren uit in deze IJssel. Het kanaal was in eerste instantie bedoeld om Apeldoorn economisch naar grotere hoogte te brengen en was gegraven op de overgang van het Veluwemassief naar de IJselvallei.
Dagelijks voeren beurtschippers over de historische waterweg door een zestal gemeenten. Bekendheid kreeg de waterweg ook door de wekelijkse afvaart naar Amsterdam, een veertiendaagse beurtdienst met Rotterdam en een wekelijkse trekschuitverbinding met Zwolle. Kort na de Tweede Wereldoorlog nam het belang van het kanaal af, onder meer door de aanleg van de spoorlijn Hattem-Apeldoorn-Dieren. Het ging toen snel bergafwaarts met de beurtvaart. Sinds 1972 varen er geen boten meer over het kanaal.
De 125 kilometer lange IJssel stroomt van de Rijn (bij Westervoort) naar het Ketelmeer/IJsselmeer. Waarschijnlijk is de IJssel ontstaan rond het jaar 12 vóór Christus toen de Romeinse veldheer Drusus de Rijn met de Oude IJssel verbond via een kanaal dat Fossa Drusiana werd genoemd.

Dat is de huidige bovenloop van de IJssel. De Romeinen groeven dit kanaal omdat zij destijds hun grenzen wilden verleggen van de Rijn naar de Elbe (wat niet gelukt is). Zij wilden Fossa Drusiana gebruiken om met boten naar het Flevo Lacus (een meer op de plaats van het huidige IJsselmeer en Flevoland) te kunnen varen.
De oude naam van de IJssel was “Isala”, afgeleid van de Salische Franken of Saliërs, een belangrijk Germaans stammenverbond dat aan de oostzijde van de IJssel in reactie op de macht van het Romeinse Rijk ontstond. Met de toetreding van 13 Nederlandse steden tot de Hanze in de 15e eeuw, nam de IJssel bovendien een belangrijke plaats in op de Hanzeroute te water. De handel in West- en Noord Europa was snel gegroeid als gevolg van betere landbouw- en productiemethoden en intensiever gebruik van natuurlijke energiebronnen. Er ontstond steeds meer behoefte aan deze grondstoffen en aan een afzetgebied voor vervaardigde producten.
